Winnaars Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst 2019
Leo Arnold / 1993
Leo Arnolds doeken zijn grappig en pijnlijk tegelijk. Terwijl veel schilderkunst vooral prettig is om naar te kijken, strijkt zijn 'bad-sex-painting', zoals hij ze zelf noemt, tegen de haren in. Met stand-up comedians als belangrijkste inspiratiebron bewijst de 26-jarige Brit: elk onderwerp is mogelijk in de kunst, zolang het maar met liefde en aandacht is gemaakt.
Cian-Yu Bai / 1984
De vaak genomineerde, in Taiwan geboren, Cian-Yu Bai heeft een volkomen eigen signature. Ze volgt het ritme van de verf en laat alle dingen samenvloeien. De transparante gelaagdheid van haar schilderkunst staat voor herinnering waarin niets wordt gewist, aldus de kunstenaar, die zo onnadrukkelijk maar standvastig reageert op de huidige tijd en harde politiek.
Machteld Rullens / 1988
De beschilderde kartonnen dozen van de geboren Haagse Machteld Rullens creeren een schilderkunstige ruimte met een psychologische laag. Ze zijn een mooi voorbeeld van expanded painting, waarbij de grens met sculptuur en architectuur vervaagt. Haar hybride praktijk omvat ook installaties, video's en performances. Ze voelt zich zielsverwant van de Duitse Dada-kunstenaar en multi-talent Kurt Schwitters (1887-1948).