Burgerzaal

In het hart van het Amsterdamse Paleis ligt de Burgerzaal. De architect Jacob van Campen ontwierp deze grote zaal als ontmoetingsplaats voor alle burgers, een verlengstuk van de drukke Dam buiten en de haven daarachter. De Burgerzaal modelleerde hij naar het voorbeeld van Romeinse publieke ontmoetingsplekken, het forum en de basilica. De Burgerzaal gaf toegang tot de kantoren van het stadsbestuur en de rechterlijke macht, die langs de galerijen en op de hogere verdiepingen lagen. Hier kwamen burgers heen om hun zaken te regelen, te vergaderen, hun handelswaar te verzekeren, te trouwen en om ruzies uit te vechten. De Burgerzaal zelf, met de omliggende galerijen, was vooral bedoeld om indruk te maken. 

Universum in het klein

De architect Jacob van Campen bedacht een slim beeldprogramma voor zijn Burgerzaal. Boven de ingang troont de Stedenmaagd, die de Stad Amsterdam voorstelt. Zij overziet de wereld en de noordelijke sterrenhemel, die in de vorm van grote kaarten in de vloer van de zaal zijn gelegd. Om haar heen zijn de vier elementen en, in de galerijen, de planeten. De onbescheiden boodschap: Amsterdam is het centrum van het universum. 

De vier elementen zijn uitgebeeld als mannen en vrouwen. Het beeldhouwwerk om hen heen maakt duidelijk om welk element het gaat. Zo is Aarde een vrouw die haar kind voedt. Op haar hoofd draagt ze een 'stedenkroon', in de vorm van een stadsmuur. Om haar heen zien we vruchten en allerlei dieren: een dromedaris, een aapje, een leeuw, een vos en een slang.

Al ruim 200 jaar is het Amsterdamse paleis in gebruik als officieel ontvangstpaleis van het Koninklijk Huis, een plek waar wereldleiders en staatshoofden worden ontvangen. Een gebouw waar troonswisselingen en koninklijke huwelijken plaatsvinden, waar geschiedenis geschreven wordt. Daarnaast is het zoveel mogelijk opengesteld voor bezoekers.